In maart ga je van start als nieuwe spreker bij Amarant. Kan je iets meer over jezelf vertellen?
Ik ben iemand die een gezonde obsessie heeft met het verre verleden en verre oorden. Als het onbekend is, dan zit ik op mijn plaats. De kunsten spelen van nature met schemerzones en ook daar ben ik als een vis in het water. Daarom heb ik geschiedenis gestudeerd en ben ik voor mijn taalkeuzes zo ver mogelijk oostwaarts gegaan om met toch één been ook elders te kunnen staan. Die spreidstand vraagt veel van me, zoals een grote flexibiliteit, maar dat doe ik liever dan een voorspelbare gang van zaken. Het liefste van al deel ik met anderen al datgene dat ik heb kunnen ontdekken. Als ik iemand ermee kan intrigeren, dan beschouw ik dat als een geslaagd gesprek.
Je eerste activiteit die bij ons op het programma staat is ‘China. Tussen controle en vooruitgang’. Waarom je keuze voor dit onderwerp?
Tijdens mijn studies was er een Europalia-editie in 2009 volledig gewijd aan China. Al die tentoonstellingen en evenementen spraken tot mijn jeugdige verbeelding en de bedoeling van dat festival was om Belgen vertrouwd te maken met de Chinese cultuur. Zo overweldigd werd ik door dit rijke aanbod, dat ik me met rotsvaste overtuiging verder op dit pad van verkenning begaf. Tentoonstellingen, evenementen, workshops en kunstgalerijen kunnen zo bepalend zijn voor iemands beleving. Ik ben er zelf een bewijs van.
China is al decennia ‘in opmars’. Nu is het niet meer weg te denken en is de opkomst ervan niet langer meer een belofte, maar een voldongen feit. Sedertdien is de houding bij ons ook gewijzigd. Er is stilaan evolutie van belangstelling naar vrees. Dat is begrijpbaar, maar er is meer in China dan anti-koloniaal revanchisme of pure geopolitieke schaak. Het is een beschaving die iedere dag evenveel voor zichzelf schept als wij dat doen voor onszelf. Ik hoop die belangstelling terug aan te wakkeren, maar zonder blind te zijn voor de uitdagingen die ons te wachten staan.
Kunst en cultuur staan centraal in de werking van Amarant. Door welke kunstvorm voel jij je het meest aangetrokken en waarom?
Als kind begon mijn interesse in de kunst met het surrealisme. De droomlandschappen van Magritte waren zowaar mijn eerste mystieke ervaring. Dat was voor mij ook de eerste les in de moderne kunst. Wat kunst kon zijn moest niet vastliggen en we kunnen met allerlei technieken en ideeën aan de slag om de kunst opnieuw uit te vinden. Ik laveer daarom van de ene moderne kunststijl naar de andere, omdat ik hou van die voortdurende verkennende impuls. Na een reisje naar Keulen ben ik de afgelopen maanden volledig in beslag genomen door het expressionisme en dan vooral de artiesten van Die Brücke. Ik zie in de periode dat zij aan de slag waren de parallellen met de cultuur van het hedendaagse China. Als je een oppervlakkige lezing van de geschiedenis zou maken, dan zit je in die tijd met het Duitsland van de keizers die zich klaar maakten voor een wereldbrand. Duitsland bulkte van de creativiteit en het was allesbehalve een land dat alleen maar militaire dreiging betekende.
Heel benieuwd welk boek er op je nachtkastje ligt …
Ik dommel de afgelopen avonden in met het Satyricon van Petronius. Niet iets Aziatisch of kunstbeschouwelijk, maar een grappige en verruimende kijk op de Romeinse wereld vanuit het perspectief van een heel andere klasse dan de elite. De gewone Romein horen we zelden aan het woord en die Romein en zijn/haar lotgevallen wil ik het liefst van al kennen.
De interactieve lezing van Pieter-Jan over China kan je volgen in Gent, Zebrastraat op 27 maart vanaf 19u30.